dinsdag 20 januari 2015

2 acties

Uit observaties en uit het interview heb ik volgende 2 acties kunnen bedenken:

Actie 1:

Omdat niet alle leerkrachten de kinderen een muzische les laten evalueren heb ik als eerste actie een muzische evaluatiekoffer. Ik zou dan 1 koffer per graad voorzien. In het interview kreeg ik te weten dat ze soms aan het einde van een thema de kinderen een smiley lieten kleuren. Daarom zou ik in deze koffer ook een afvinklijst steken per klas zodat de leerkrachten zelf kunnen zien welke evaluatievormen uit de koffer ze al hebben gebruikt en welke niet. Zo zorgen ze ervoor dat het evalueren van een muzische les niet altijd hetzelfde is, maar verschillend. Zo worden ook de interesses van de kinderen aangesproken. Want als bijvoorbeeld een kind smileys stom vindt, maar muziekinstrumenten leuk vindt. Dan wordt de interesse van dat kind aangesproken wanneer je een les evalueert met muziekinstrumenten.

Actie 2:

Omdat er tijdens de pedagogische studiedag werd gesproken over dat ouders iets tastbaars willen, heb ik als tweede actie een muzoatelier. 1 keer in het semester worden de ouders op een vrijdagavond uitgenodigd op een muzoatelier. Dit is in de klas en hier zijn de eindresultaten van de kinderen zichtbaar. Deeldomeinen zoals drama, muziek, bewegingsexpressie kunnen getoond worden aan de hand van foto's en/of filmpjes. Kinderen kunnen aan hun ouders uitleg geven over wat ze precies gedaan hebben, ze kunnen bij media bv. op de tablet de gebruikte apps laten zien.
Op deze manier zijn de kinderen de experts naar hun ouders toe. Zo kunnen de ouders alle muzische eindresultaten van hun kind zien. Doordat het in de klas gebeurt zijn de ouders niet verplicht om naar de eindresultaten te kijken van andere kinderen. Ze zijn ook geen uren weg van huis, maar max. 1,5 uur. Doordat het een atelier is moeten de kinderen niet elke week een hele stapel werkjes meesleuren naar huis en vermijd je dat deze kapot gaan of verloren geraken. Wanneer de ouders naar huis willen gaan, kunnen ze de werkjes van hun kind(eren) direct meenemen naar huis.

Wat ik heb gezien...

Toen ik mijn opdrachten kreeg voor de lessen in het eerste leerjaar, stond er:
"Verschillende deeldomeinen."
Mijn mentor zei mij dat de stagiairs vaak werken rond beeld, maar ze probeerde ook bij mij wat meer deeldomeinen los te krijgen. Als ik met haar over muzo sprak merkte ik dat dit vak haar nauw aan het hart ligt.
Tijdens mijn stage was er ook eens een pedagogische studiedag over het leerplan muzo. Hier hoorde ik wat er zoal werd gedaan rond muzo, bv.: een Muzowandeling. De grootouders worden uitgenodigd om een wandeling te maken in het dorp. Tijdens deze wandeling zijn er verschillende postjes met een opdracht. Elk postje werkte een deeldomein van muzo uit.
Ik merkte al heel gauw dat muzo toch belangrijk is in deze school. Dat ze bewust zijn van wat niet goed gaat en wat ze er kunnen doen.
Ook kwam ter sprake dat ze vooral rond beeld werkten omdat dan de meeste resultaten zichtbaar zijn voor de ouders. 
Ze willen wel werken rond andere deeldomeinen, maar ze zijn er niet altijd vertrouwd mee en vele ouders verwachten iets tastbaars van hun kinderen bij dit vak. Muzo wordt door vele ouders nog vaak gezien als 'knutselen'.

Een muzisch sprookje

Juffrouw
Er was eens een juf, Juffrouw zij werkt in een basisschool in een klein dorpje dat Klein-Sinaai heet. Voor Juffrouw ligt Muzo haar nauw aan het hart. Als ze kon gaf ze meer uren Muzo in de week dan dat ze nu doet in haar klas, namelijk 2 keer 75 min.
Op de school waar ze werkt hebben ze al een paar nascholingen gedaan naar aanleiding van het leerplan. Maar dit lag niet zo voor de hand... Daarom hebben ze een werkgroep opgesteld die alle leerkrachten op school op weg helpt om Muzo anders aan te pakken, want ze merkten dat ze nog heel vaak Muzo op de oude manier aanpakken...
Ze werken niet echt met een jaarthema, maar rond de Sint, Pasen, etc. werken ze wel klasoverschrijdend en kiezen er dan voor om niet productgericht te werken, maar procesgericht.
Juffrouw merkte dat op de school vaak rond het deeldomein beeld wordt gewerkt omdat hier de meeste resultaten zichtbaar zijn om aan de ouders te laten zien. Ook de collega's voelen zich meer thuis in beeld. Juffrouw weet dat de lat hoog ligt, maar toch doen ze hun best om het anders aan te pakken.
Wat ze wel op Juffrouw haar school doen, is de ouders uitnodigen in de klas. De leerlingen hebben ook een muzomapje waarin vooral liedjes en gedichten komen. Dit muzomapje loopt door doorheen de volledige lagere school. Sommige collega's van Juffrouw hebben een muzobox geprobeerd. Bij dit hadden de kinderen meer inspraak over wat er in mocht komen. Met dit muzomapje en deze muzobox krijgen de ouders het eindresultaat van de muzische lessen te zien.
Juffrouw en de collega's zijn volop bezig met het implementeren van een leerlijn volgens het VVKBaO. Vanaf volgend schooljaar willen ze een document opgebouwd hebben dat ieder schooljaar wordt doorgegeven naar de volgende klas. Zo zien de collega's welke algemene doelen en welke subdoelen al aan bod zijn geweest.
De directeur van Juffrouw heeft een opleiding gevolgd tot muzocoach en de collega's volgen regelmatig een bijscholing.
Om Muzo te evaluëren is er een ook een rapport, waarin met smileys - niet met punten - de kinderen worden geëvalueerd. In sommige klassen op Juffrouws school mogen de kinderen aan het einde van een thema smileys kleuren die hun gevoel bij het thema weergeven.
De werkgroep is volop bezig met het ontwerpen van een soort portfolio zodat alle eindresultaten van de kinderen van muzische lessen zichtbaar zijn voor de ouders.

Zo leven ze nog lang en muzisch!

maandag 19 januari 2015

Een interview met de mentor

De gestelde vragen

1) Wat word er op school al gedaan rond het vak Muzo?
2) Is er een lopend jaarthema?
a) Zo ja. Wat is het thema? Wat houdt het in?
3) Welke deeldomeinen van het vak Muzo komen in de school het meest aan bod?
a) Waarom zou dit zijn?
4) Hoe betrekken jullie familieleden in de muzische activiteiten op school?
5) Hoe laten jullie ouders de muzische eindresultaten zien?
6) Hoeveel uren Muzo zijn er in de week?
7) Volgen jullie een leerlijn voor Muzo?
a) Zo ja. Wat is deze leerlijn voor uw klas?
b) Zo nee. Hoe plannen jullie dan het thema van de muzische activiteiten?
8)  Is er op school een nascholingsbeleid in verband met Muzo?
a) Zo ja. Wat houdt dit dan in?
9) Hoe wordt op school een muzische les geëvalueerd door de leerlingen?

Ik en Muzo

Ten opzichte van 2 jaar geleden heb ik een enorme groei.
Ook in het uitdenken van muzische lessen. Spontaan gebruik ik de 5 fasen voor een muzische les op te bouwen:
- Sfeerschepping
- Beschouwen
- Aanzet tot creëren
- Creëren
- Toonmoment
Deze zitten in mijn hoofd en gaan er niet meer uit (positief bedoeld ;-) ). Ook denk ik bij het uitschrijven van lessen of ze wel muzisch zijn. Bij bv. beeldlessen denk ik heel goed na dat de kinderen niet allemaal hetzelfde gaan hebben. Bv. toen ik de leerlingen in het eerste leerjaar een spookje ging laten maken, dacht ik na hoe ik ervoor ging kunnen zorgen dat er verschillende spookjes gaan zijn.
Dit deed ik door:
- andere hoofdjes te laten maken (met krantenpapier of met een vingerhoedje)
- anders te laten kleur geven (met verf, met stiften)
- andere vorm geven (met scharen mochten de kinderen in hun spookje knippen).
Ook voor de muzodag in Dworp heb ik de 5 fasen in mijn hoofd gehouden. Op deze manier krijgen de leerlingen de prikkels, experimenteertijd die ze nodig hebben om tot een goede creëer-fase te komen. Bij dit hield ik natuurlijk ook rekening met de verschillende leeftijden. Ik profiteerde ervan om de leerlingen van het 3de leerjaar als "experts" in te zetten omdat zij de leerlingen van het 1ste en het 2de leerjaar wat kunnen helpen met hoe je bv. een triangel moet vasthouden. Ook had ik een opdracht waarin gelezen moest worden. Dit liet ik ook doen door de leerlingen van het 3de leerjaar.
Kinderen die "vastlopen" tijdens een les kan ik ook bijsturen. Ik stel extra vragen, ik laat ze wat meer beschouwen,... waardoor ze weer verder kunnen met de opdracht.

Tijdens stage eerste leerjaar heb ik ook muzo geïntegreerd in vele lessen. Dat was dan het uitbeelden van een letter, een gedicht voorlezen om een letter te leren schrijven, een liedje zingen om alle gekende letters te oefenen, het uitbeelden van een rekenverhaal met een plusoefening of een minoefening in...
Dit ga ik ook proberen doen in stage 6de leerjaar.

Als ik terugblik op mezelf in muzolessen dan merk ik ook een groei. Ik ben veel losser en minder introvert als we een opdracht moeten uitvoeren. Ik schaam mij niet. Ik heb plezier en ik ben niet bang om het te laten zien. Bij de eerste les van het semester moet ik wel er nog even terug inkomen, maar daar had ik in dit academiejaar tot nu toe geen last van.

Als afsluiter van deze slotreflectie heb ik in Dworp een gedicht geschreven:
Anders, verdiepend.
Nog meer gegroeid in muzo.
Ik ben er klaar voor!

zaterdag 17 januari 2015

De laatste uren...

Vrijdag 16/01/2015

Nog een keer ontbijten...
Na het ontbijt was het tijd om de muzodag van donderdag te evalueren en ook de module zelf. Het evalueren van de muzodag was aan de hand van een evaluatieformulier.
Dit moesten we invullen en bespreken in de groep waarmee we gewerkt hebben.
Daarna moesten we allerlei opdrachten uitvoeren zoals op huisnummer gaan staan, op leeftijd en op alfabet. Dit had als belang om ons in kleine groepen te verdelen waarin we een korte evaluatie van de module moesten houden en individueel een gedicht moesten schrijven. Ja, ja ik heb er ook een geschreven, maar dat zal zijn voor de eindreflectie bij mijn groei. ;-)
Sta op alfabet


Eenmaal terug in een kring mochten zij die wilden hun gedicht voorlezen. Ik heb gekozen om het niet voor te lezen, maar om het in mijn blog te zetten.

Daarna kregen we ook mooie woorden van de lectoren zelf. De waardering, het feit dat zij ook bij ons een groei zien is mooi en opluchtend.
Ook kregen we nog tips mee vanuit de visie van muzo.
Muzo is ook leren. Het is meer dan plezier beleven. De kinderen hebben het misschien niet door, maar het is wel belangrijk dat het gebeurt.

Dan was het tijd voor de laatste maaltijd in Destelheide...
Na deze maaltijd was het tijd om de koffers op te laden en op de bus te stappen en richting huis te gaan.

Destelheide,

We hebben er mooie momenten beleefd. We zijn in fase 1 met heel veel gekomen, in fase 3 met minder. Maar toch blijft het een moment, blijven het dagen die in onze gedachten zijn gegrift. Dagen die ons gemaakt hebben tot wie we zijn en wat we doen.
Er is een tijd van komen en van gaan...

Misschien tot ooit..

Muzische groeten,
Freya

Eenmaal terug in Destelheide

Donderdag 15/01/2015

Toen we terug kwamen zijn we allemaal naar de kamer gegaan en hebben we wat gerust en een beetje voorbereid voor het toonmoment van die avond.


Na de heerlijke spaghetti hebben we nog even geoefend en dan was het tijd... ZENUWEN!!
Wij waren de voorlaatste groep en hierdoor zagen wij alle andere groepen eerst gaan en hierdoor kregen we nog meer zenuwen omdat we echt zotte dingen zagen!
Maar als ik eerlijk mag toegeven, ik vond ons zelfgeschreven gedicht echt goed en pakkend:
We zijn allemaal maar mensen, 
de ene met een klein, de ander met een groot verdriet.

Maar als de wereld helemaal veranderd en het is als niemand me ziet.
Dan kan ik alleen maar terugkijken, meer heb ik niet.

Dan is er nog die foto, die ene prent.
Die me hoop geeft in een land, waar niemand me kent.

De laatste groep is opgekomen en de klok slaagt 22u40. Ik ben moe, ik weet dat het de laatste avond is, maar ik ga nog even naar de kamer. Daar nog wat kletsen met vrienden 


en dan slaapie doen... zzzzz
Slaapwel.

Die dag in Sint-Victor... een uitdieping

Donderdag 15/01/2015

Bij de laatste workshop moesten de kinderen een klein brief invullen waarin ze een top 4 maakten van de workshops. Zo wisten de mensen van de coöperatieve groep hoe ze kinderen moesten verdelen voor de uitdieping van de workshops.

We toonden de grafische partituren en we speelden deze. Achteraf verwoorden we waarom die partituur die ze gekozen hadden en vroegen we ook welke andere instrumenten je kan gebruiken voor bv. een dikke bol.



 

 
De kinderen wisten heel snel welke partituur er gespeeld werd. Ze konden ook verwoorden waarom het die partituur was. 
Bv. de eerste partituur, de kinderen verwoorden dat de dikke bol staat voor een harde klas en de golfjes voor een instrument dat je schudt.
Wanneer de kinderen zelf een partituur mochten verklanken gebruikten ze spontaan andere instrumenten dan dat ik en Celien hadden gebruikt.
Voor het kiezen van een motief lieten Celien en ik de kinderen kiezen en 2 partituren naast elkaar leggen. We verklankten hem met verschillende instrumenten tot we hadden gevonden wat we wilden.



Dan verdeelden we de kinderen in 5 groepen en kregen ze elk een stuk van een verhaal. We gingen rond bij de kinderen en hielpen ze als het nodig was.
Bij vele kinderen moesten we enkel luisteren en bij andere moesten we stukje per stukje bevragen hoe ze het kunnen verklanken. We merkten dat er niet te veel tijd nog was om de kinderen zelf een grafische partituur te laten tekenen dus we besloten om eerst het toonmoment te oefenen tot dit vlot liep en als er daarna tijd over zou zijn de kinderen een partituur te laten tekenen. Dit is uiteindelijk niet meer kunnen gebruiken.
Bij het oefenen van het toonmoment merkten we dat de kinderen niet zonder onze hulp het konden spelen. de kinderen zelf wisten niet goed wanneer ze moesten spelen.
Om het voor de kinderen overzichtelijk te maken lieten we ze op volgorde zitten. Zo zagen ze al dat als het groepje voor hen klaar was het aan hen was. Om het verschil tussen refrein (motief) en strofes (stukjes van het verhaal) duidelijk te maken spraken we een teken af. Als ik mijn vuist omhoog stak was het duidelijk dat het refrein moest gespeeld worden. Als Celien 1 vinger opstak moest groep 1 spelen. Als ze 2 vingers opstak moest groep 2 spelen. Enzovoort. Deze tekens moesten we maar 1 keer uitleggen. De kinderen begrepen ze direct en ze waren er zeer gebaat bij.
Het toonmoment liep zeer vlot. Ze zaten in het lokaal in dezelfde volgorde en ze keken naar ons. Wij moesten niets zeggen enkel ons hand opsteken en de kinderen wisten direct welk stuk ze moesten spelen.
We kregen achteraf nog complimenten van de andere groep en de andere studenten vroegen wat die tekens betekende. Het was voor hen niet duidelijk, maar voor de leerlingen van onze groep was het een grote hulp. 
Tijdens de uitbreiding merkten we dat sommige kinderen een beetje zenuwachtig waren toen ze hoorden dat ze moesten spelen voor de kinderen van de bovenbouw. Daarom besloten we om de leerlingen op het toonmoment met de rug naar de andere leerlingen te laten zitten zodat ze niet zouden dichtklappen als ze al die andere leerlingen zouden zien.

Slotreflectie:
Door alles wat we geleerd hadden in de workshops van de voormiddag wisten we hoe we zeker in de namiddag moesten aanpakken. Af en toe merkten we bij het laten horen van de stukjes verhaal in de groep dat het niet altijd duidelijk verklankt was. We stelden dan vragen aan de groep hoe ze het anders zouden doen en daardoor kwamen we tot een mooi resultaat. Ik ben er trots op wat het eindresultaat was. Door het vallen en opstaan van de voormiddag stond ik stevig in mijn schoenen in de namiddag. Over de middag bekeek ik samen met Celien het lesverloop en bespraken we waar we op moesten letten, hoe we het gaan aanpakken, welke vragen we moesten stellen. We wisten al op voorhand waar het kon mislopen als we niet eerst iets anders bespreken of extra vragen zouden stellen. We merkten ook dat de workshop in de voormiddag een grote hulp was voor de kinderen. De kinderen wisten in de namiddag al hoe ze bepaalde zaken kunnen verklanken omdat ze dat in de voormiddag hebben geleerd.
Het was een vermoeiende dag, maar ik heb toch veel plezier gehad en ik ben blij dat ik het heb mogen meemaken. De kinderen waren blij en hebben ook plezier gehad. En een lach op het gezicht van het kind doet voor mij al heel veel. 

Die dag in Sint-Victor... 4 keer een workshop

Donderdag 15/01/2015

Woensdag had mevr. Van Stappen ons al goed geholpen het idee van de les duidelijk en concreet te maken. Hierdoor had ik toch een goed gevoel bij de workshop, want in het begin had ik heel veel zenuwen omdat ik muziekworkshops moeilijk vind, ik voel mij hier niet zo zeker bij. Maar dankzij de hulp van mevr. Van Stappen zag het weer zitten. Celien en ik hadden goed doorgewerkt zodat alles klaar was en dat alles klaar lag.

Na een goede 20 minuten stappen door weer en wind waren we aangekomen in de Sint-Victorschool.
Aan de hand van een gekleurde bol werden de leerlingen verdeeld over de verschillende deeldomeinen en vonden ze snel de juf bij wie ze moesten zijn. Voor muziek hadden wij een roze bol.
Toen we in de klas waren stelden we onszelf eerst even voor. We lieten de kinderen niet te lang in spanning wachten en we vlogen er meteen in, letterlijk dan want we stapten in de teletijdsmachine.
De liedjes waren zeer duidelijk, de kinderen hoorden snel dat het eerste lied een oud lied was en dat het uit de tijd van de prinsen en prinsessen kwam.
Het tweede lied koppelden ze direct aan de robots.
Dus fase 1 ging vlot!
Daarna lieten we de kinderen experimenteren met de instrumenten.  
En toen liep het een beetje verkeerd... We merkten dat de kinderen gewoon op de instrumenten speelden en niet nadachten in hoeverre je er een geluid van de toekomst aan kon koppelen.
De kinderen werden in groepen verdeeld en kregen de opdracht: "Jullie gaan in de teletijdsmachine naar de toekomst. Hoe klinkt het daar? Start"
Ai, ai, ai, juf Freya, waar zit je toch met je hoofd?!
We merkten bij het toonmoment dat de kinderen niets hadden en dat ze de opdracht niet begrepen. 
We kwamen op extra vragen die de opdracht concreet maakten (hopelijk).  "We stappen eerst in de teletijdsmachine. Hoe gaan we dat verklanken met de instrumenten en/of met onze stem? Dan zijn we in de toekomst. Wat zien we daar? Wat horen we? Hoe gaan we dat verklanken met de instrumenten en/of met onze stem?"
Deze stelden we aan de kinderen en we lieten ze opnieuw in groep voorbereiden.
En ja hoor, nu ging het vlot. We gingen rond en we luisterden eens bij de kinderen naar hun toekomst, spontaan hoorden we kinderen zeggen: "Zo klinkt onze teletijdsmachine en dan als we uitstappen klinkt het zo..."
Bij het toonmoment had elke groep iets voorbereid.
Maar toen we vroegen naar de beelden van de kinderen, kwam er niets uit.

Vlak voor workshop 2 hadden we snel nagedacht over hoe we dat experimenteren gaan aanpakken. We hebben besloten om te verschillende instrumenten te laten bespelen door de kinderen en te vragen wat je ermee kan doen en wat je er mee zou kunnen verklanken.
Dit ging duidelijk veel beter dan. Eerst lieten we ze even gaan op de instrumenten en daarna vroegen we stilte. We lieten een kind met bv. een trom even spelen en we vroegen aan de kinderen wat je nog kon doen. Spontaan kwam antwoorden, je kan heel traag of heel snel spelen, heel zacht of heel hard spelen,... Dit deden we tot we de verschillende instrumenten die de kinderen hadden besproken hadden.
Toen we bij het toonmoment weer vroegen daar de beelden die ze kregen, stelde ik spontaan de vragen: "Klonk het rustig of eerder onrustig, chaotisch? Klonk het gevaarlijk of eerder veilig? enz."
Sommige kinderen hadden een beeld voor zich en zeiden zelf welk weer het daar was in hun hoofd, ze konden dit goed verwoorden. Maar voor de anderen die geen beeld hadden waren dit wel goede hulpvragen.
We stelden ook de vragen waarom ze bv. hun teletijdsmachine zo hadden verklankt, maar deze vraag was voor kinderen abstract of ze antwoordden vaak: "Omdat het ons wel leuk klonk"
We besloten om bij de instructie daar op dieper op in te gaan door nadruk te leggen op wat je met een instrument kan doen (van snel naar traag), hoe het klinkt,... Hierdoor konden sommige leerlingen op de vraag antwoorden. Er was bijvoorbeeld een groepje dat zei: "Wij gaan van traag naar snel omdat een teletijdsmachine dat ook doet, die stijgt op en die gaat altijd sneller."

Slotreflectie:
We merkten snel dat het niet altijd goed liep, wanneer het kon stuurden we direct bij en lieten we ze weer aan het werk. Maar soms moesten we even nadenken en was de bijsturing voor de volgende workshop. Ik merkte vaak dat de kinderen zich vragen stelden of niet goed wisten wat ze moesten doen door mijn opdrachtgeving of vraagstelling. Dus ik wist dat ik mijn vraagstelling moest aanpassen en niet dat kinderen hun ingesteldheid moesten aanpassen. Ik deed mijn best om het op de moment zelf te doen zodat de kinderen verder konden. Dit deed ik dan door extra vragen te stellen. 
Deze workshop heeft mij weeral veel bijgeleerd. Ik voelde zelf aan wanneer kinderen het begrepen en wanneer niet en kan dit ook bijsturen door extra vragen. 
Ik ben misschien eerst weer gevallen, maar ik ben ook weer opgestaan en ik sta steviger in mijn schoenen voor muzieklessen. Ik kan het zelf bijsturen, ik ben het niet moeten gaan vragen. Ik heb het zelf aangevoeld dat het niet goed ging en ik heb het zelf bijgestuurd.  
Lesgeven is soms wel eens met vallen en opstaan, maar het is belangrijk dat je zelf opstaat en je niet laat optrekken door iemand anders.

Na een nachtje slapen... Een drukke dag!

Woensdag 14/01/2015

De dag begint met een goed ontbijt.
Na het ontbijt werden we in groepen verdeeld aan de hand van koekjes en legoblokken.
We kregen een school en een leeftijdscategorie.
We kregen als school Sint-Victor en de als leeftijdscategorie de onderbouw.
Even een korte uitleg en dan.. ACTIE.
Ideeën bedenken voor de muzodomeinen en dan de domeinen verdelen over de groepsleden. Ik werkte samen met Celien en wij gingen een workshop muziek geven.

Ons idee:
De workshop:
Sfeerschepping
We stappen in een teletijdsmachine en we gaan op reis. Maar naar het verleden of naar de toekomst? Luister naar het muziekje en denk na waar we zijn beland.
Eerst belanden we in het verleden en daarna in de toekomst.

Beschouwen
Experimenteren met instrumenten en luisteren welke instrumenten geluiden van de toekomst weergeven en wat precies.

Aanzet tot creëren en creëren
We verdelen de kinderen in groepjes van 3 tot 5 leerlingen. De kinderen verklanken hun teletijdsmachine en daarna verklanken ze hun toekomst. De leerlingen van het 3de leerjaar denken na in welk jaartal we zijn beland.

Toonmoment
De kinderen laten hun toekomst horen aan de andere groepen. De andere groepen sluiten de ogen en scheppen zich een beeld van de toekomst.

De verdieping:
Sfeerschepping en beschouwen
Grafische partituren voorleggen. De juffen verklanken ze en de kinderen raden welke partituur gespeeld is.
We spelen 2 partituren na elkaar en de kinderen raden welke 2.
De kinderen mogen zelf een partituur verklanken en de andere kinderen raden welke is verklankt.
We kiezen 2 partituren die ons motief zullen zijn voor het grote toonmoment aan de bovenbouw.

Aanzet tot creëren en creëren
De kinderen worden verdeeld in 5 groepen. Ze krijgen een stuk van een verhaal en dat moeten ze verklanken.
De kinderen maken zelf een grafische partituur.
Wanneer de kinderen klaar zijn, laten we de stukjes van het verhaal horen en bespreken we met de kinderen wat ze zich voorstellen of het duidelijk was,...

Toonmoment
De kinderen laten hun lied horen aan de groep muziek in de bovenbouw.

Na al dat zwoegen en zweten voor het klaarmaken van DE dag (erna) vonden de lectoren dat het tijd was voor een ontspanningsoefening.
We moesten buiten allerlei opdrachten uitvoeren om ons koffertje te vullen.
Het koffertje is net niet gevuld

Hier zijn enkele resultaten van de opdrachten:
Een romantische trouwfoto
Een gewone familiefoto
Een gekke familiefoto

Jezus!
De eerste letter van het woord 'origami'
What uuuuuuuup!
Na het vullen van de koffer was het tijd voor de prijsuitreiking.

De avondactiviteit van deze dag was... tromgeroffel... DANSEN!
Dankzij Brecht hebben we wat meer geleerd over de "dansstijl" No Style.